Analyse van het document
Titel en Samenvatting:
Het amendement heet "Vrijwilligersvergoeding" en stelt voor om de huidige vrijwilligerspremie van €900 per jaar voor bijstandsgerechtigden te beëindigen per 2026. Uit evaluaties blijkt dat de premie niet effectief is in het bevorderen van vrijwilligerswerk of uitstroom uit de bijstand. Het amendement benadrukt dat vrijwilligerswerk waardevol is, maar niet noodzakelijk financieel beloond hoeft te worden. Het stelt voor om gemeentelijke middelen effectiever in te zetten voor activeringstrajecten en re-integratie. De raad wordt gevraagd om het beleidskader aan te passen en de financiële gevolgen in de bestuursrapportage te verwerken.
Oordeel over de volledigheid:
Het voorstel is redelijk volledig. Het bevat een duidelijke constatering van de huidige situatie, een evaluatie van de effectiviteit van de premie, en een overweging van alternatieve inzet van middelen. Echter, het zou baat hebben bij meer gedetailleerde informatie over hoe de middelen precies herverdeeld zullen worden.
Rol van de raad:
De raad moet beslissen over het al dan niet aannemen van het amendement, wat inhoudt dat ze de beëindiging van de vrijwilligerspremie moeten goedkeuren en de financiële gevolgen hiervan moeten laten verwerken in de bestuursrapportage.
Politieke keuzes:
De raad moet kiezen tussen het behouden van de huidige premie, die volgens het amendement ineffectief is, of het beëindigen ervan en herallocatie van middelen naar andere activerings- en re-integratiemaatregelen.
SMART en Inconsistenties:
Het voorstel is specifiek en tijdgebonden (beëindiging per 2026), maar mist meetbare doelen voor de alternatieve inzet van middelen. Er zijn geen duidelijke inconsistenties, maar de effectiviteit van de voorgestelde alternatieven is niet onderbouwd met concrete data.
Besluit van de raad:
De raad moet besluiten om het beleidskader aan te passen door de vrijwilligerspremie te beëindigen en de financiële gevolgen hiervan te verwerken in de bestuursrapportage.
Participatie:
Het voorstel verwijst naar gesprekken uit narratief onderzoek waarin vrijwilligers aangeven dat waardering en betekenisvol werk belangrijker zijn dan financiële vergoedingen, wat enige mate van participatie in de besluitvorming suggereert.
Duurzaamheid:
Duurzaamheid is niet direct een relevant onderwerp in dit voorstel, aangezien het zich richt op sociale en economische aspecten van vrijwilligerswerk en bijstandsuitkeringen.
Financiële gevolgen:
Het voorstel impliceert dat er besparingen zullen zijn door het beëindigen van de premie, maar het geeft geen specifieke details over de herverdeling van deze middelen. Het college wordt opgedragen om de financiële gevolgen in de bestuursrapportage te verwerken, wat suggereert dat er nog verdere uitwerking nodig is.